Ardo steekt wortels nog wat dieper in historische grond met hypermodern nieuw hoofdkantoor

Op de plek waar intussen 60 jaar geleden het verhaal van Ardo is begonnen, opende het diepvriesgroentenbedrijf maandag haar nieuwe hoofdkantoor. De familie Haspeslagh, nog altijd de fundamenten van de wereldspeler, ontving voor de gelegenheid premier Alexander De Croo (Open VLD). Het nieuwe moderne gebouw is bijna energieneutraal en kostte zo’n 18 miljoen euro.

Premier Alexander De Croo bracht aarde mee uit zijn tuin voor in de ‘rootbox’ die in het gebouw te vinden is.


The Rootbox, zo heet het nieuwe moderne hoofdgebouw van diepvriesgroentenbedrijf Ardo in Ardooie. Het nieuwe pareltje vlak bij de boerderij waar het in 1960 allemaal begon, werd maandag officieel geopend in aanwezigheid van premier Alexander De Croo (Open VLD) en de familie Haspeslagh, de sterke familie achter de wereldspeler die Ardo op vandaag is.


Energieneutraal

“De naam is uiteraard niet toevallig gekozen”, duidt Jan Haspeslagh, voormalig ceo van de Ardo-groep. “Hier heeft onze familie haar wortels, dit is de plek waar we zijn ontstaan. Maar de roots verwijzen ook naar onze werknemers en de basis van onze ontwikkeling over de hele wereld. We hebben heel veel te danken aan de lokale kracht in combinatie met het globale denken.” Alle aanwezigen brachten trouwens een stukje aarde uit de eigen tuin of omgeving mee. Die grond werd in een grote kubus samengegooid, en vormt zo een mix die ergens ook symbool staat de sterkte van het bedrijf.
In 2014 fuseerden de twee bedrijven van de familie Haspeslagh – toen nog Ardo en Dujardin Foods – tot één groep. Vandaag is de gigant op het vlak van diepvriesgroenten, -kruiden en -fruit actief in negen landen, verdeeld over 21 sites en draait het een jaaromzet van zo’n 1,2 miljard euro. Met een export naar meer dan 100 landen, een samenwerking met zo’n 3.500 telers en landbouwers en een contractteelt voor 50.000 hectare mag de diepvriesexpert gerust een leider op wereldvlak worden genoemd.
“Die positie willen we ook op vlak van duurzaamheid bevestigen en verstevigen”, legt Gabrielle Kalkwijk, de Nederlandse die sinds oktober 2019 ceo van Ardo is uit. “Dit gebouw is gebouw volgens de BEN-bouwprincipes Dat betekent niet alleen dat het een heel laag verbruik kent, maar ook enkel energie uit groene bronnen gebruikt. Zo wordt de temperatuur in ons nieuwe kantoorgebouw geregeld door het hergebruik van koude en restwarmte die we uit de fabriek hiernaast halen.”

Het gloednieuwe kantoor is bijna energieneutraal.


Interactief


Het nieuwe hoofdgebouw, met een monumentale trap in het midden, biedt onderdak aan vergaderruimtes en kantoor, maar ook aan een heus experience center in de inkomhal. Daar wordt het heel Ardo-proces en waar het bedrijf voor staat op een interactieve manier uit de doeken gedaan. Ook premier De Croo en Ardoois burgemeester Karlos Callens lieten zich op de opening onderdompelen in de wereld van de diepvrieserwtjes en -wortels.
Verder is er ook een state-of-the-art demokeuken waar chefs aan de slag gaan met de verschillende producten van Ardo. In totaal moet het gebouw ruimte bieden aan zo’n 200 medewerkers. Toch zullen die lang niet allemaal een vaste plek hebben op kantoor. Integendeel. Ardo gaat prat op een flexibele manier van werken en biedt werknemers de ruimte om vaak thuis te werken.

Premier is preus


“In West-Vlaanderen zit het ondernmerschap in de grond, dat moet ik jullie niet uitleggen”, gaf premier De Croo aan. “Dit familiebedrijf, waar verschillende generaties samenkomen, blijft lokaal verankerd maar groeit toch over de hele wereld. En Ardo toont dat duurzaamheid meer is dan een marketingverhaal.”
“Het is een economisch zinvolle keuze die bovendien diep verbonden is met de leefwereld van landbouwers. Duurzaamheid zit ingebakken, zorg dragen voor de rijkdom die de grond te bieden heeft. Ik denk dat iedereen bijzonder preus mag zijn op wat we hier vandaag én morgen zien”, liet De Croo zijn beste West-Vlaams even horen.
Ardo investeerde zo’n 18 miljoen euro in het nieuwe hoofdkantoor. De bouw kadert in de hele duurzaamheidsaanpak van het diepvriesbedrijf. Op de site liggen bijvoorbeeld ook een bloemenweide van 8.000 vierkante meter en een bufferbekken van 15.000 kubieke meter met drijvende zonnepanelen. Boeren uit de omgeving kunnen er, bij gebrek aan regenwater, oppompen om hun velden te besproeien. Tegen 2030 moet tot slot 30 procent van de elektriciteit zelf worden opgewekt. Daarvoor ligt ook het dak van The Rootbox straks vol zonnepanelen.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.